Algemeen kiesrecht mannen (1917)

In 1917 introduceert Nederland het algemeen kiesrecht voor mannen en maakt daarmee een einde aan het censuskiesrecht, waarin het kiezen van het parlement was voorbehouden aan een zeer beperkte groep. Sinds 1848 hadden alleen mannen stemrecht wanneer ze een bepaald minimum aan indirecte belastingen betaalden. De hoogte van dat bedrag verschilde per gemeente, maar het lag tussen de 20 en 160 gulden. In een tijd waarin het gemiddelde inkomen maar een paar honderd gulden per jaar bedroeg, was dat een aanzienlijke som. Dit zorgde ervoor dat aanvankelijk maar circa 10 procent van de volwassen mannelijke bevolking naar de stembus mocht. In de loop van de tijd werden de criteria aangepast, maar nog steeds had in 1914 nog maar 65% van de mannen kiesrecht. Na een lange strijd verandert het algemene kiesrecht voor mannen deze ongelijkheid.

Vrouwen krijgen passief stemrecht: ze mogen niet naar de stembus, maar ze mogen zich wel verkiesbaar stellen en gekozen worden.

Prent uit 1910 door Albert Hahn gepubliceerd in de Notenkraker: Teekent het volkspetitionnement voor algemeen kiesrecht.
Prent uit 1910 door Albert Hahn gepubliceerd in de Notenkraker: Teekent het volkspetitionnement voor algemeen kiesrecht. Afbeelding IISG

 

Terug naar de tijdlijn