De organisatiestructuur geeft de interne (schematische) vorm van de onderneming aan wat doorgaans wordt weergegeven met een organogram/organigram.
Ieder bedrijf of organisatie heeft een eigen ondernemingsstructuur die (sterk) van elkaar kunnen verschillen. We spreken bijvoorbeeld van een platte organisatiestructuur wanneer er een korte afstand is tussen ondernemingsleiding en werkvloer (weinig tot geen tussenliggende leidinggevende lagen). Een piramide organisatie heeft een duidelijke hiërarchie met (veel) te onderscheiden managementlagen (directie, hoger en lager management).
Aspecten van een organisatiestructuur
Volgende aspecten bepalen de organisatiestructuur:
- De werkzaamheden van de onderneming
- Bedrijfstype van de onderneming
- De omgevingswereld
- Bedrijfsfilosofie (missie en visie)
- Opbouw van de onderneming in afdelingen, divisies of aparte vestigingen
- De stijl van leidinggeven
- Het te voeren beleid
Organisatievormen
Bekende organisatievormen zijn:
- Zelfsturende teams
- Leanproduction
- Sociotechniek
- Staf-lijn model
- Matrix organisatie
- Netwerk organisatie
- Bureaucratie
Rechtsvormen
Rechtsvormen zijn:
- Besloten vennootschap
- Naamloze vennootschap
- Vennootschap onder firma (VOF)
- Stichting
- (Coöperatieve) Vereniging
- Commanditaire vennootschap
- Maatschap
- Onderlinge waarborgmaatschappij
Medezeggenschapsstructuur
De organisatiestructuur bepaalt voor een groot deel voor welke medezeggenschapsstructuur wordt gekozen. Een grote onderneming bestaande uit grote, zelfstandige vestigingen of businessunits kiest een andere medezeggenschapsstructuur dan een kleine onderneming. Bepalend is waar de beslissingen genomen worden. Doorgaans is het uitgangspunt dat de medezeggenschapsstructuur aansluit op de besluitvormingsstructuur van de onderneming (“medezeggenschap volgt zeggenschap”).
Adviesrecht OR
Gaat een bestuurder over tot een andere inrichting van zijn onderneming met een andere organisatiestructuur, dan is vaak sprake van een belangrijke wijziging in de organisatie van de onderneming waarover de OR het adviesrecht heeft op grond van artikel 25 lid 1e WOR.