Bij fusie en overname wordt de zeggenschap over de onderneming overgedragen aan een andere ondernemer. Op grond van artikel 25 lid 1 a en 1 b WOR heeft de OR adviesrecht.
Bij een fusie en overname wordt de zeggenschap over een (deel van de) onderneming overgedragen aan een andere ondernemer. Hetzelfde is het geval bij het omgekeerde proces (splitsing of defusie). De OR heeft adviesrecht op grond van artikel 25 lid 1a en lid 1b WOR. Vaak wordt de eerste stap in een fusietraject gezet met het tekenen van een intentieverklaring. Ook hierbij heeft de OR adviesrecht en moet de ondernemingsraad in de gelegenheid gesteld worden advies uit te brengen. Uiteraard vóór ondertekening, daar dit veelal een onomkeerbare stap in het fusietraject is.
De OR kan een voorbereidingscommissie instellen die zich specifiek met de fusie of overname en de gevolgen voor het personeel bezighoudt.
Fusie in verschillende vormen
Er zijn verschillende vormen van fusie:
- Aandelenfusie: niet een onderneming als zodanig wordt overgenomen, maar vindt overdracht plaats van de meerderheid van aandelen van het ene bedrijf aan een ander bedrijf. Dit is alleen mogelijk bij NV’s of BV’s. In dit geval zijn het vaak de aandeelhouders die de beslissingen nemen. Toch moet de bestuurder op grond van de WOR de OR om advies vragen.
- Juridische fusie: twee ondernemingen worden samengevoegd in één nieuwe rechtspersoon. Bedrijf A kan daarbij opgaan in bedrijf B of andersom. Ook kan een nieuw bedrijf C worden opgericht waarin A en B opgaan. A en B moeten dezelfde rechtsvorm hebben, dus twee stichtingen of vennootschappen. Alle rechten en verplichtingen van de ‘rechtsvoorgangers’ gaan over op het nieuwe of overblijvende bedrijf. In dit geval is het BW boek 2 (artikel 308-334) van toepassing.
- Bedrijfsfusie (ook wel activa/passiva-fusie genoemd): alle bedrijfsmiddelen worden verkocht aan een nieuwe eigenaar. Deze vorm van fusie is een vrij omslachtige vorm die vooral gebruikt wordt bij rechtsvormen als eenmanszaken of maatschappen.
Voorschriften en regels
In het Burgerlijk Wetboek staan voorschriften die ondernemers moeten naleven bij een juridische fusie (boek 2 artikel, 308-334). Ook staan de rechten van werknemers bij overgang van een onderneming in het BW opgenomen (boek 7, artikel 662-666). De SER Fusiegedragsregels 2015 heeft voorschriften voor de rol van de vakbonden bij een voorgenomen fusie. Artikel 4 lid 7 van de gedragsregels verplicht partijen de bertokken ondernemingsraden over het standpunt van de vakbonden te informeren, zodat de OR’en dit in hun advies kunnen betrekken.
CAO en ACM
In sommige CAO’s staan regels over de betrokkenheid van de vakbonden en/of de OR bij een fusie of overname. Kijk uw eigen CAO hierop na! Verder is bij fusie van NV’s of BV’s de Wet Toezicht Effectenverkeer van belang, waarin voorschriften zijn opgenomen ter bescherming van de belangen van de aandeelhouders. Een fusie of overname moet op grond van de Mededingingswet gemeld worden bij de Autoriteit Consument en Markt wanneer ze aan de volgende twee voorwaarden voldoen:
- De wereldwijde omzet van de betrokken bedrijven in een jaar is in totaal meer dan 150 miljoen euro
- En minstens 2 van de betrokken bedrijven hebben binnen Nederland een jaaromzet van 30 miljoen euro of meer
Integratie ondernemingen
Meestal beperkt een fusieproces zich niet alleen tot overdracht van zeggenschap, maar vindt er ook integratie van de fuserende bedrijven plaats. Dat kan zich beperken tot alleen de vorming van een centrale (concern)directie of uitstrekken tot het volledig samenvoegen van beide ondernemingen. De mate van integratie bepaalt uiteraard de mate van de gevolgen voor het personeel.
Adviesaanvraag en medezeggenschap na de fusie of overname
Om een adviesaanvraag over de fusie of overname zo goed mogelijk te kunnen behandelen kan een OR overleggen met andere belanghebbende partijen. Behalve de eigen directie is dat de achterban, de vakbond, de OR van de fusiepartner of overnemende / over te nemen onderneming en eventueel met de Raad van Commissarissen, Raad van Toezicht of het bestuur. Bij het adviestraject hoort ook aandacht te zijn voor de medezeggenschapsstructuur na de fusie of overname; is bijvoorbeeld de vorming van een fusie OR of tijdelijke OR nodig, het opstellen van het reglement voor de nieuw te kiezen OR en afspraken over het tijdpad. Doorgaans wordt hier door betrokken partijen een convenant voor opgesteld.
Externe adviseur
Omdat een fusietraject veel met zich meebrengt en het voor OR leden doorgaans geen dagelijkse kost is, is ondersteuning van een extern deskundige geen overbodige luxe. De ondernemingsraad kan van zijn recht op het inschakelen van een organisatieadviseur gebruik maken. Het kan zinvol zijn een convenant af te sluiten met de bestuurder om afspraken over het te volgen adviestraject, tijdpad en de medezeggenschapsstructuur na het traject, vast te leggen.