Uitspraak: Voortzetting onderneming
Is een besluit om de werkzaamheden van de onderneming te beëindigen en tot liquidatie over te gaan kennelijk onredelijk? (SR 1998-4)
Uitspraak Ondernemingskamer: Ja, de ondernemer heeft zich onvoldoende ingezet voor voortzetting van de onderneming. Ook is onvoldoende inzicht verschaft in de personele gevolgen van het besluit. Het besluit moet worden ingetrokken en de gevolgen ongedaan gemaakt. (art. 25 lid 1 sub c WOR, art. 25 lid 3 WOR, art. 26 lid 5 WOR)
Situatie:
Hippo Toto, waarbij ongeveer 120 medewerkers in dienst zijn, organiseert sinds 1993 de weddenschappen op de paardenraces. Enig aandeelhouder en directie van Hippo Toto BV is de Stichting Exploitatie Nederlandse Staatsloterij (SENS). Voor SENS en Hippo Toto is een gemeenschappelijke OR ingesteld. Het overleg met de OR wordt gevoerd door SENS. Hippo Toto draagt jaarlijks bijna 14 miljoen gulden af aan de Stichting Nederlandse Draf- en Rensport (NDR). Als gevolg hiervan is Hippo Toto vanaf het begin verliesgevend. De tekorten worden aangevuld met opbrengsten uit de Staatsloterij en bijdragen van het ministerie van Financiën. Hippo Toto heeft in 1995 het contract met NDR opgezegd, met als gevolg dat Hippo Toto vanaf 1 januari 1998 geen weddenschappen meer mag organiseren. SENS heeft besloten de aandelen Hippo Toto te verkopen. De OR heeft onder voorwaarden hierover een positief advies uitgebracht. Op verzoek van SENS heeft de Nationale Investeringsbank (NIB) een potentiële koper geselecteerd, waarmee een intentieverklaring is getekend. Nadat de in deze verklaring gestelde termijnen niet zijn gehaald, heeft SENS de overnamebesprekingen gestaakt en geen pogingen meer ondernomen andere kopers te vinden. Op 7 oktober 1997 vroeg SENS aan de OR advies over het voornemen de werkzaamheden van Hippo Toto per 1 januari 1998 te beëindigen en over te gaan tot liquidatie van de onderneming. De OR adviseerde negatief. De OR was van mening dat de ondernemer zich teveel heeft gericht op slechts één koper en dat de termijnen in de intentieverklaring veel te kort waren gesteld. Bovendien ontbrak de noodzaak de activiteiten te beëindigen nu Hippo Toto een tijdelijke vergunning zou kunnen krijgen zonder de verplichting tot betaling van de vaste afdracht aan de NDR voordat Hippo Toto de eigen kosten terugverdient. De ondernemer besloot echter overeenkomstig het voornemen. De OR ging tegen dit besluit in beroep.
Ondernemingskamer:
Hoewel de positie van de onderneming van Hippo Toto netelig is te noemen, is het besluit om tot beëindiging van de werkzaamheden en tot liquidatie van de onderneming over te gaan kennelijk onredelijk. De ondernemer heeft zich onvoldoende ingespannen de status quo nog enige tijd voort te zetten, dan wel alternatieven voor zijn voorgenomen besluit te onderzoeken. Verder is onvoldoende inzicht verstrekt in de personele gevolgen van het besluit. De ondernemer had in ieder geval de contouren van die gevolgen in de adviesaanvraag aan moeten geven. Daaraan doet niet af dat -eventuele- nadere detaillering van die gevolgen door de OR (deels) wordt overgelaten aan het overleg tussen ondernemer en de vakbonden. Het komt de Ondernemingskamer in het kader van de verdere besluitvorming geraden voor dat de OR en de vakbonden jegens de ondernemer voldoende en tijdig helderheid verschaffen omtrent hun onderlinge verhoudingen indien in de besluitvorming gevolgen voor het personeel aan de orde komen. De ondernemer dient het besluit in te trekken en de gevolgen ervan ongedaan te maken.
DATUM UITSPRAAK: 4 december 1997
RECHTERLIJK COLLEGE: Ondernemingskamer
NAAM PARTIJEN: Ondernemingsraad Hippo Toto BV / Hippo Toto BV en Stichting Exploitatie Nederlandse Staatsloterij (SENS)
VINDPLAATS: SR 1998-4, blz. 128/129
Advokatenkollektief Utrecht