Einde werk - Sluiting onderneming
Uitspraak: Samenhang besluiten

Uitspraak: Samenhang besluiten

Moet de ondernemer een besluit tot sluiting van de afdeling Spoedeisende Eerste Hulp intrekken, omdat daarover geen advies is gevraagd? (ROR 2001/5)

Uitspraak Ondernemingskamer: Ja, sluiting van de SEH afdeling kan niet gezien worden als een op zich zelf staand besluit en is niet eenvoudig terug te draaien, derhalve is het adviesrecht van de OR aan de orde.

Situatie:

De Stichting Ziekenhuis Velp is een samenwerkingsverband aangegaan met Stichting Ziekenhuis Rijnstate en Verpleeghuis Zevenaar. In het kader hiervan is op 12 november 1998 een rapport uitgebracht door de commissie Feitsma. Kern van dit rapport is dat Ziekenhuis Velp de komende vijf jaar geleidelijk een aantal activiteiten, waaronder de Spoedeisende Eerste Hulp (SEH), zal afbouwen onder gelijktijdige continuering dan wel ontwikkeling van andere functies, waarin ook in de toekomst steeds geïnvesteerd zal blijven worden. Ter uitwerking van het rapport Feitsma is op 29 april 1999 het zogenaamde masterplan gepubliceerd. Ook in het masterplan wordt rekening gehouden met een geleidelijke afbouw van een aantal activiteiten. In afwijking van zowel het rapport Feitsma als het masterplan heeft de ondernemer de ondernemingsraad bij brief van 2 november 2000 laten weten de SEH per 1 december 2000 te willen stilleggen zonder gelijktijdige continuering dan wel ontwikkeling van andere functies. Over dit besluit is geen advies gevraagd, reden voor de ondernemingsraad om daartegen in beroep te gaan.

Ondernemingskamer:

Een sluiting als hier aan de orde zou wellicht in het algemeen en zonder méér kunnen worden gezien als een tijdelijke maatregel die op zichzelf staat en desgewenst weer ongedaan kan worden gemaakt. In dit geval is op voorhand echter voldoende aannemelijk dat er sprake is van gevoerd beleid waardoor de -daarin passende- sluiting van de SEH vanwege de samenhang die zij heeft met het in het Ziekenhuis Velp in de afgelopen periode in het algemeen gevoerde beleid, zowel niet op zichzelf staat als ook niet desgewenst eenvoudig ongedaan is te maken. Wat dat gevoerde beleid betreft valt in het bijzonder te wijzen op de teruggang van het aantal bedden in Ziekenhuis Velp van 238 naar 88, welk feit niet slechts kan worden verklaard door externe en niet beïnvloede of te beïnvloeden oorzaken alsmede op het voorgenomen- en eveneens van het rapport Feitsma afwijkende- (voorgenomen) loslaten van het short-stay-concept op de grond dat anders de overige medische dienstverlening niet naar behoren zou kunnen plaats vinden. Tegen de achtergrond van deze feiten, die duiden op een beleid waarin sluiting van de SEH onlosmakelijk past, is naar het voorlopig oordeel van de Ondernemingskamer niet vol te houden dat de sluiting op zichzelf zou staan of voor eenvoudige ongedaanmaking vatbaar zou zijn. Om die reden is het besluit dan ook adviesplichtig als bedoeld in artikel 25 WOR. Dat het openhouden van de SEH na 1 december 2000 onverantwoord is door gebrek aan kwalitatieve zorg, personeel en achterwacht en vanwege signalen van de afdeling zelf, is geen grond voor het niet behoeven te vragen en afwachten van een advies omtrent dit adviesplichtige besluit. Die situatie is immers eveneens het gevolg van het gevoerde beleid. De ondernemer wordt verplicht het besluit in te trekken en alle gevolgen daarvan ongedaan te maken.

DATUM UITSPRAAK: 16 november 2000
RECHTERLIJK COLLEGE: Ondernemingskamer
NAAM PARTIJEN: Ondernemingsraad Stichting Ziekenhuis Velp / Stichting Ziekenhuis Velp
VINDPLAATS: ROR 2001/5

Advokatenkollektief Utrecht

Deel dit bericht