Uitspraak: Ploegendienst (2)
Is een besluit tot invoering van een drieploegenrooster op een afdeling een instemmingsplichtige wijziging van een werktijdregeling als elders in de onderneming al volgens een drieploegenrooster wordt gewerkt? (SR 1998-1)
Uitspraak Kantonrechter Zaandam: Ja, het is een wijziging van de werktijdregeling voor de betrokken afdeling. De instemming van de OR is vereist. Rechtbank Haarlem: Ja, voor een herkenbare groep werknemers binnen de onderneming wordt de werktijdregeling gewijzigd. De instemming van de OR is vereist.
Situatie:
Binnen de onderneming van Duyvis wordt zowel volgens een twee- als een drieploegenrooster gewerkt. In de Verpakkerij, een aparte productieafdeling binnen Duyvis, werkte men hoofdzakelijk volgens een tweeploegensysteem. In een ochtend- en een middagdienst werden uitsluitend verpakkingswerkzaamheden verricht. Daarnaast werkte een deel van de werknemers volgens een drieploegensysteem. De nachtploeg verrichtte voornamelijk schoonmaak-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden en incidenteel verpakkingswerkzaamheden.
De ondernemer heeft besloten tot het starten van een procesgerichte verandering binnen de onderneming bij de afdeling Verpakkerij. In het kader hiervan zijn de medewerkers van deze afdeling onderverdeeld in 3 teams, gevormd op basis van een verdeling over de machinelijnen. Ten behoeve van een vaste bezetting van team 1 en 2 is nu door de ondernemer besloten dat eerst 8 medewerkers bij de afdeling Verpakkerij volgens het drieploegenrooster gaan werken. De ondernemer heeft dit besluit op 18 maart 1996 uitgevoerd. Sinds dit besluit wordt in de Verpakkerij door één team volgens een twee- en door twee andere teams volgens een drieploegenrooster gewerkt. Het schoonmaak- en reparatiewerk is nu gelijk verdeeld over de twee- en drieploegendienst. De OR heeft op 9 april 1996 de nietigheid van dit besluit ingeroepen, omdat sprake zou zijn van een wijziging van een werktijdregeling, waarmee de OR niet heeft ingestemd.
Kantonrechter:
Aan de ondernemer moet worden toegegeven dat door het besluit op zichzelf inhoudelijk geen verandering werd gebracht in de binnen de onderneming geldende regelingen betreffende ploegenroosters. Het besluit heeft echter wel tot gevolg dat op de afdeling Verpakkerij, waar voorheen alleen volgens het tweeploegenrooster werd gewerkt, in het vervolg ook volgens het drieploegenrooster zal worden gewerkt. Daarmee is wel degelijk een verandering aangebracht in de voor de afdeling Verpakkerij bestaande werktijdregeling. Ieder van de werknemers komt voortaan immers in beginsel in aanmerking om in het drieploegenrooster te worden ingedeeld. Het betreft dus een instemmingsplichtig besluit.
Rechtbank:
Het kenmerkende productiewerk, inpakken van noten, werd eerst uitsluitend in een tweeploegendienst verricht. Door het ondernemersbesluit van maart 1996 wordt voor twee van de drie nieuw gevormde productieteams structureel een drieploegensysteem vastgesteld en wordt het kenmerkende productiewerk merendeels in drieploegendienst verricht. De groep werknemers waarvoor dit geldt vormt een herkenbare groep met een afzonderlijke functie in de zin van art. 27 lid 1 WOR. De feitelijke samenvoeging van deze groep met de voorheen bestaande aparte ploeg die in de nachtdienst schoonmaak- en reparatiewerk verrichtte maakt dit niet anders, omdat die groep werknemers in het licht van het instemmingsvereiste niet representatief was voor de kenmerkende werktijdregeling binnen de afdeling Verpakkerij. De ondernemer had voor het besluit op grond van art. 27 WOR instemming moeten vragen. De OR heeft dus terecht een beroep op de nietigheid van het besluit gedaan.
DATUM UITSPRAAK: 18 september 1997 en 21 april 1998
RECHTERLIJK COLLEGE: Kantonrechter Zaandam en Rechtbank Haarlem
NAAM PARTIJEN: OR Duyvis BV / Duyvis BV
VINDPLAATS: SR 1998-1, blz. 26
Advokatenkollektief Utrecht