Arbeidsomstandigheden
Uitspraak: Opheffen interne Arbodienst (1)

Uitspraak: Opheffen interne Arbodienst (1)

Is een besluit tot opheffing van de interne Arbodienst advies- of instemmingsplichtig? (JAR 1999/147)

Uitspraak Ondernemingskamer: het besluit is in ieder geval adviesplichtig. De Ondernemingskamer spreekt zich niet uit over de vraag of het besluit instemmingsplichtig is. Het besluit moet worden ingetrokken omdat de ondernemer de bezwaren van de COR over het ontbreken van een kostenafweging serieus moet nemen.

Situatie:

De SVB heeft sinds 1993 een interne Arbodienst en in oktober 1996 heeft de SVB een aanvraag tot certificering van deze dienst ingediend. In augustus 1998 kreeg de SVB bericht dat het niet mogelijk was de certificering voor 1 september 1998 af te ronden. Bij brief van 12 oktober 1998 vroeg SVB advies omtrent het voorgenomen besluit het certificeringstraject te beëindigen, met als gevolg dat de interne Arbodienst zou worden opgeheven en aansluiting gezocht zou gaan worden bij een externe Arbodienst. 

Uiteindelijk adviseerde de COR op 23 december 1998 negatief. Bezwaar werd gemaakt tegen het ontbreken van een afweging tussen de kosten van een interne en een externe Arbodienst. Voorts meende de COR dat de personele gevolgen niet duidelijk waren. De ondernemer heeft op 13 januari 1999 besloten overeenkomstig zijn voornemen. De COR meent in de eerste plaats, in tegenstelling tot de ondernemer, dat het besluit instemmingsplichtig is op grond van art. 27 lid 1 onder d WOR en heeft in het kader daarvan een procedure in gang gezet. De COR is verder van mening dat de ondernemer de besluitvorming had moeten opschorten hangende de uitslag van die instemmingsprocedure.

Ondernemingskamer: 

Nu SVB de kosten mede als doorslaggevende reden voor haar voorgenomen besluit heeft genoemd had SVB het bezwaar van de COR over het ontbreken van een kostenafweging serieus moeten nemen. Zeker nu de COR kennelijk bang was dat, nu de kosten van een externe Arbodienst afhankelijk zijn van de bij die dienst ondergebrachte voorzieningen, het bestaande niveau van de door de interne Arbodienst verschafte voorzieningen zou worden aangetast. De SVB had enig inzicht dienen te verschaffen in haar financiële overwegingen voor het besluit. Het moge waar zijn dat de kosten niet in extenso in beeld zijn te brengen, maar dit neemt niet weg dat SVB zich op zorgvuldige wijze had kunnen oriënteren op de financiële gevolgen van de overstap naar een externe Arbodienst, mede gelet op het niveau van het voorzieningenpakket. Verder heeft SVB de personele gevolgen van het besluit onvoldoende aangegeven. Enige oriëntatie bij externe Arbo-diensten omtrent het door hen in dit opzicht gevoerde beleid en/of bij (aan SVB) soortgelijke instellingen die van een interne naar een externe Arbodienst zijn overgeschakeld, was stellig mogelijk geweest en had ook verricht moeten worden. Er is geen goede grond om aan te nemen dat het besluit in redelijkheid niet genomen kon worden op de enkele grond dat de in gang gezette instemmingsprocedure nog niet is afgerond. De Ondernemingskamer laat hierbij uitdrukkelijk in het midden of in deze zaak sprake is van een instemmingsrecht. De SVB dient het besluit in te trekken en de gevolgen ongedaan te maken. 

DATUM UITSPRAAK: 3 juni 1999
RECHTERLIJK COLLEGE: Ondernemingskamer
NAAM PARTIJEN: Centrale Ondernemingsraad Sociale Verzekeringsbank / De Sociale Verzekeringsbank
VINDPLAATS: JAR 1999/147; ROR 1999/24

Advokatenkollektief Utrecht

Deel dit bericht