Reorganisatie
Uitspraak: Afwijken van OR-advies (17)

Uitspraak: Afwijken van OR-advies (17)

Is het besluit kennelijk onredelijk om in afwijking van het negatieve OR-advies over te gaan tot aanstelling van een plantmanager voor iedere productielocatie terwijl dit besluit niet leidt tot wijziging in de organisatie of werkzaamheden? (ROR 2002/23)

Uitspraak Ondernemingskamer: Nee, de ondernemer heeft voldoende aannemelijk kunnen maken dat dit besluit de onderneming ten goede komt, zodat er niet gesproken kan worden van een onredelijk besluit.

Situatie:

De productie van de onderneming van ADM Cocoa vindt plaats op twee locaties, in Koog aan de Zaan en in Wormer. Tot 1990 hadden beide locaties verschillende eigenaren. Na de overname van de locatie Wormer door de eigenares van de locatie Koog aan de Zaan, zijn beide organisaties geïntegreerd. Sinds 1994 worden de beide productie-eenheden geleid door één plantmanager. Behalve uit twee productielocaties bestaat de onderneming van ADM Cocoa uit afdelingen die zich bezig houden met verkoop, financiën, administratie, personeelsbeleid en informatietechnologie. Organisatorisch bevinden deze afdelingen zich op hetzelfde niveau als de twee productielocaties. De plantmanager is uitsluitend verantwoordelijk voor het productieproces en niet voor financiën, commerciële aangelegenheden en personeelszaken. De bestuurder heeft de ondernemingsraad gevraagd advies uit te brengen over het voorgenomen besluit tot "wijziging van de locatie Wormer" die daarin bestond dat een aparte plantmanager voor de locatie Wormer zou worden aangesteld. De ondernemingsraad heeft een negatief advies uitgebracht. De ondernemingsraad vindt dat onvoldoende is gemotiveerd waarom met het oog op efficiencyverbetering dit besluit moet worden genomen. Verder stelt de ondernemingsraad op een aantal vragen geen antwoord te hebben gekregen, zoals: welke manager waarvoor verantwoordelijk is, onder welke manager de staffuncties vallen, hoe wordt bereikt dat de locatie Wormer door de staffuncties wordt bediend, hoe een en ander financieel wordt afgewikkeld, hoe wordt omgegaan met ziekmeldingen en klachten over loonbetaling en hoe de toekomstige medezeggenschapsstructuur is geregeld. De ondernemingsraad heeft beroep aangetekend tegen het definitieve besluit tot aanstelling van een aparte plantmanager op de locatie te Wormer.

Ondernemingskamer:

Het standpunt van ADM Cocoa dat het besluit niet leidt tot een belangrijke wijziging in de organisatie en dus niet adviesplichtig is, gaat niet op nu ADM Cocoa zonder enig voorbehoud advies heeft gevraagd over dit besluit. ADM Cocoa heeft voldoende duidelijk gemotiveerd dat de achtergronden van het besluit zijn gelegen in de versterking de managementstructuur binnen de locaties Koog aan de Zaan en Wormer en in de verbetering van het productieproces. Mede omdat vanuit de centrale ADM Cocoa-organisatie nieuwe eisen worden gesteld aan veiligheid, kwaliteit, milieu, voedselveiligheid en dergelijke. Deze motivering kan het besluit dragen. Nu is er slechts sprake van dat de locatie Wormer een aparte plantmanager krijgt, welke functie voorheen werd uitgeoefend door een plantmanager die voor beide locaties werkzaam was, houdt het besluit niet méér in dan dat twee –de facto- reeds bestaande functies die voorheen voor een gedeelte van de werktijd werden uitgeoefend, nu voltijds worden vervuld. Aangezien overigens geen wijzigingen in de organisatie worden gebracht, laten de door de ondernemingsraad opgeworpen onduidelijkheden zich eenvoudig ophelderen: met betrekking tot alle in de door de ondernemingsraad aangeroerde aangelegenheden is sprake van ongewijzigd beleid. Dit geldt zowel voor de -financiële- verhouding met de staffuncties als voor de ziekmeldingen en klachten over loonbetalingen en de functie-inhoud als voor de functies van de in de locatie Wormer werkzame leidinggevende functionarissen. Een regeling voor ontvlechting is verder niet nodig omdat, zoals ADM Cocoa ook tijdens de mondelinge behandeling nog eens heeft verzekerd en de Ondernemingskamer overtuigend voorkomt, er geen plan bestaat tot de door de ondernemingsraad bedoelde ontvlechting over te gaan. Mede omdat de aanstelling van een tweede plantmanager moet worden aangemerkt als een versterking van de organisatie van ADM Cocoa, is de conclusie dat het besluit zowel wat de inhoud als wat de motivering betreft niet al kennelijk onredelijk kan worden aangemerkt. De Ondernemingskamer wijst de verzoeken af.

DATUM UITSPRAAK: 26 juli 2002
RECHTERLIJK COLLEGE: Ondernemingskamer 
NAAM PARTIJEN: Ondernemingsraad van ADM COCOA B.V. / ADM COCOA B.V.
VINDPLAATS: ROR 2002/23

Advokatenkollektief Utrecht

Deel dit bericht