Medezeggenschapstructuur
Uitspraak: Adviesrecht COR of OR bij sluiting

Uitspraak: Adviesrecht COR of OR bij sluiting

Heeft ook de OR adviesrecht over het besluit tot sluiting van de eigen onderneming als de COR al adviesrecht heeft? (ROR 1995/23)

Uitspraak: Nee, de COR is op grond van de WOR exclusief bevoegd om advies uit te brengen omdat de sluiting een aangelegenheid is van gemeenschappelijk belang. 

Situatie: 

NVC Almelo maakt deel uit van de Coveco-groep, die een aantal slachterijen in stand houdt. De slachterij NVC Almelo heeft een OR en Coveco heeft een Centrale Ondernemingsraad (COR) ingesteld. De ondernemer van Coveco heeft aan de COR advies gevraagd voor het voorgenomen besluit tot sluiting van twee vestiging waaronder NVC Almelo. Aan de OR NVC werd 'onverplicht' advies gevraagd. Nadat de COR een positief advies had uitgebracht besloot de ondernemer op 30 juni 1995 tot de sluiting. De OR NVC Almelo, die op 5 juni 1995 een procedure op grond van art. 36 WOR in gang had gezet om (een eigen) adviesrecht over dit besluit af te dwingen, vordert nu in kort geding dat de ondernemer het besluit van 30 juni niet mag uitvoeren totdat de rechter in hoogste instantie heeft beslist over de vraag of de OR adviesrecht in deze toekomt. Daartoe voert de OR aan dat NVC Almelo het enige onderdeel van Coveco is dat de laatste jaren winst heeft behaald en dat NVC Almelo de goedkoopst werkende slachterij van Nederland is. Door NVC Almelo te sluiten zal Coveco daardoor een aanzienlijk bedrag ontvangen uit het Saneringsfonds Varkensslachterijen. Dit bedrag is groter dan de kosten van de sluiting van NVC Almelo zullen bedragen. Met het restant van dit bedrag wil Coveco kennelijk haar financiële positie verbeteren. 

President: 

Coveco verkeert in een penibele financiële situatie. Er is landelijk sprake van een overcapaciteit aan slachterijen. Door gebruik te maken van geld uit het Saneringsfonds Varkensslachterijen kan Coveco de noodzakelijke capaciteitsvermindering en het daarbij behorende Sociaal Plan bekostigen. Coveco heeft ter zake van de capaciteitsvermnindering moeten besluiten in welke ondernemingen de slachtcapaciteit moest worden teruggebracht. Het betreft hier dus een aangelegenheid van gemeenschappelijk belang als bedoeld in art. 35 WOR aangezien het voorgenomen besluit tot sluiting van NVC Almelo ook gevolgen heeft voor de slachtcapaciteit in de andere ondernemingen van Coveco. Krachtens art. 35 lid 1 WOR neemt de COR in een dergelijk geval de bevoegdheden van de OR over, zodat deze niet meer aan de OR toekomen. De COR was dus op grond van de WOR exclusief bevoegd advies uit te brengen over het voorgenomen besluit. Coveco heeft de OR niet zonder meer het adviesrecht toegezegd. Zij heeft slechts 'rechtens onverplicht' en 'voorzover rechtens vereist' advies gevraagd. De OR kan daaraan geen rechten ontlenen. Aan de OR komt dus geen adviesrecht toe inzake het besluit tot sluiting van NVC Almelo. Daarom is het niet aannemelijk dat de Ondernemingskamer de OR in het gelijk zal stellen. Wijst de vordering af.

DATUM UITSPRAAK: 28 juli 1995
RECHTERLIJK COLLEGE: President rechtbank Almelo
NAAM PARTIJEN: Ondernemingsraad NVC Almelo BV / Coveco Beheer NV
VINDPLAATS: ROR 1995/23; JAR 1995/195

Advokatenkollektief Utrecht

Deel dit bericht