Verbinding zoeken in het nieuwe jaar…
1920
De afgelopen 100 jaar hebben we elkaar geleerd dat opdelen van handelingen in het werk meer productiviteit gaat opleveren. Onder leiding van Taylor zijn we alle taken uit elkaar gaan halen en hebben we alles opgedeeld in aparte processen. We zijn effectiever en efficiënter gaan werken en hebben betere economische doelstellingen gehaald. De mens als productiefactor deed het goed. Het opdelen ging ook in ons ‘DNA’ zitten.
Maar zoals alles, kende het efficiënter werken z’n keerzijde. Niet iedereen kon de race naar meer bijhouden. De technologische ontwikkelingen gingen sneller dan de mens kon bijhouden. Waar de werking van de stoommachine nog was te begrijpen werden de volgende stappen al lastiger. Sneller en harder werken, hoofd en handen scheiden, taken nog meer opdelen, een radertje van het geheel zonder het geheel te kennen. De menselijke risico’s namen toe. Er kwam voorzichtig onbalans tussen wat we kunnen, zowel fysiek als mentaal en wat we van elkaar vragen.
1950
De ‘gezonde’ mensen en de mensen die niet mee konden werden gescheiden. De eerste groep was aan het werk, kreeg loon, was in staat om te leren om zo het steeds snellere tempo en de ontwikkelingen proberen bij te houden. De andere groep scheidden we af en werd sociale zekerheid voor ontwikkeld.
1980
De volgende stap was dat we nog verder gingen opdelen. Sociale werkplaatsen voor hen die wel konden werken, maar het moordende tempo niet bij konden houden. Te weinig productief! Inmiddels werd de werkweek korter, de vakantie langer. We hadden hersteltijd nodig, om te blijven meedoen in de race. Vandaag moeten we en een leven lang leren en een leven lang werken. De flexibiliteit deed z’n intrede en werd een nieuw verdienmodel. Waar flexibiliteit een deugd was, werd dat rap een probleem in de wereld van arbeid. Doorgeschoten flexibiliteit zorgt ook voor onzekere, afhankelijke mensen, (Sennet; ‘’De flexibele mens: psychogram van de moderne samenleving’’).
Maar ook in de samenleving zijn we zaken gaan scheiden, de verschillende generaties in een familie wonen niet meer samen. Mensen met een zichtbare en onzichtbare beperking werden het liefst buiten de samenleving geplaatst. Op scholen kreeg je apart speciaal onderwijs als je niet ‘meekon’. We werden steeds individualistischer. De ik maatschappij was geboren. ‘Ik’ was niet meer verbonden, niet verticaal, de verzuiling verdween en ook niet horizontaal, de samenleving was een ik-maatschappij geworden. Opgedeeld in individuen.
2000
De overheid moest kleiner worden en het ik moest sterker worden. Veel ‘ikken’ is dat gelukt, maar te veel mensen staan daardoor letterlijk eenzaam aan de kant. We hebben het economisch goed gedaan, maar zijn vergeten dat het wij altijd belangrijker is dan het ik. Het ik heeft een belangrijker plekje gekregen in ons ‘DNA’ dan het wij. Dat zie je ook terug in alles wat we doen.
2010/2020
Een oproep tot een participatiesamenleving is een signaal dat het wij weer belangrijker moet worden. Eigenlijk een opvolger van de eerdere roep om een meer waarden gedreven samenleving. Dat wij denken zal de boventoon moeten voeren in alles wat we doen, om het ik en het wij ‘DNA’ in balans te krijgen. Daardoor komen we namelijk in ons denken ook toe aan wij oplossingen, aan verbindende oplossingen. En dat dit noodzakelijk is, zien we dagelijks…
We lopen tegen hele serieuze problemen aan. Klimaatveranderingen, (duurzaam), demografische verschuivingen, technologische ontwikkelingen en robotisering (digitaal) zijn uitdagingen die de mens en de natuur alleen samen aankunnen. Waarbij de natuur een gegeven is, daar kan je niet over en mee onderhandelen. Het gaat erom dat we in het wij belang handelen, zowel op wereldniveau als organisatie en familieniveau. Dus moeten we weer leren om te verbinden, zodat ook oplossingen in samenhang tot stand komen. Een oplossing groot of klein dat niet iets doet voor klimaat, demografie of effect van technologie in goede banen leidt, is geen goede oplossing meer! Dus roepen om een participatiesamenleving is ook verantwoordelijkheid nemen in het doen.
We verbinden en scheiden niet (vooruit afval wel). Een belastingverhoging van het lage tarief kan dus niet. Een belastingverhoging voor producten die het klimaat belasten in combinatie met een belastingverlaging voor biologische producten wel. Nieuwe medewerkers aannemen kan prima, maar alleen als we ook mensen die niet meedoen een plek geven. Een pensioenfonds mag de rekenrente verhogen als de beleggingen 100% duurzaam zijn en gericht zijn op toekomstige generaties. Vakbonden vragen een loonsverhoging die deels wordt uitbetaald in zonnepanelen. Iedere werknemer krijgt twee zonnepanelen: extra eerlijk inkomen en een bijdrage aan klimaat en werk. Ondernemingsraden denken niet alleen aan de eigen achterban en organisatie, maar ook aan uitdagingen in de omgeving. Vraagstukken rondom inclusie en duurzaamheid zijn onderwerpen voor 2020. Ook de organisatie is geen ‘ik’ maar moet een ‘wij’ zijn. Samenwerking is gericht op het wij. Alles gericht op concurrentie is gericht op het ik.
Het voorbeeld van de decentralisatie keuzen in bijvoorbeeld de zorg was vooral gebaseerd op een economische afweging. Maar wat doet het met de inhoud van de zorg? Het vertrekpunt zal altijd de optimale zorg moeten zijn. En ja de economische afweging is een sluitpost. Technologische ontwikkelingen krijgen een ethische component. Ze worden gesubsidieerd als ze voldoen aan klimaatverbetering en positief effect hebben op de demografische ontwikkeling. De Commissie Borstlap verandert ieder woord dat riekt naar verschillen in juridisch contracten van werkenden in woorden als: ‘mensen die werken en gelijke rechten en plichten hebben’. Hoe reguleren wij arbeid, arbeidsrecht en sociale zekerheid als de opdracht is dat we allemaal meedoen? Met gelijke kansen en eerlijke mogelijkheden om mee te doen!
Het is duidelijk dat we ook een nieuwe ‘wij taal’ nodig hebben, een taal die afstand neemt van het ik-tijdperk. Vernieuwing met oude woorden roept direct tegenstand op. Een gelijke basis voor iedereen in de sociale zekerheid wordt nu al snel uitgelegd als een ministelsel sociale zekerheid. En niet onlogisch als je in één nieuwsbericht leest dat het aantal miljardairs is toe genomen in Nederland, maar ook het aantal mensen die onder de armoedegrens leven toegenomen is. Voer voor wantrouwen. Zolang we in organisatie nog spreken over Personeelszaken is het niet gek dat je mensen zo gaat zien. Wellicht moet de ondernemingsraad raad voor mens, organisatie en omgeving gaan heten. Is de indeling van de agenda voor de overlegvergadering met de bestuurder ook gelijk bepaald. Taal als grens van het denken en taal die grensverleggend is. Een onderschat fenomeen (zie ook www.bubbelonie.nl)
2020
Het is tijd voor anders denken en geen genoegen nemen met de makkelijke oplossing. Gelukkig zijn er voorbeelden hoe het wel kan. De natuur geeft ze iedere dag. In de diversiteit die het aanbiedt, in het seizoenspatroon, dat kunnen we zomaar nadoen Maar de natuur geeft ook zijn waarschuwingen. En nee die zijn niet gratis. Net als de aarde niet gratis is.
De filosofen en sjamanen van deze wereld leren ons hoe we beter kunnen samenleven. Hoe we de verhalen moeten koesteren van zeven generaties voor ons en hoe we met keuzen en oplossingen rekening moeten houden met zeven generaties na ons. We zijn verbonden met het verleden, heden en toekomst. Het tijdperk voor anders denken en anders doen en oplossingen verzinnen met perspectief is aangebroken. We leren van het verleden, we leven samen in het heden en nemen onze verantwoordelijkheid naar de toekomst. In iedere keuze, ieder besluit groot of klein nemen we dit mee, waarbij we drie vragen extra stellen. Is het duurzaam, is het demografisch verantwoord en helpt het ons het wij te versterken.