Een advies en de gevolgen voor de medewerkers
Een technisch commercieel bedrijf ziet zijn afzet teruglopen. Veranderende technieken en digitalisering zijn hier debet aan. Voor iedereen is het duidelijk dat er minder werk is. Een adviesaanvraag voor een reorganisatie komt dan ook niet als een verrassing. Maar….
De motivatie voor de reductie van personeel is gebaseerd op oude cijfers en een regeling voor het vertrekkend personeel is wel heel mager: transitievergoeding en niet veel meer.
Daarnaast is de ondernemingsraad van oordeel dat er structureler moet worden ingegrepen. Het werkproces kan veel slimmer en efficiënter, de automatisering moet op orde worden gebracht en ‘managers’ die niets toe lijken te voegen zouden wat de OR betreft ook in de reorganisatie betrokken moeten worden.
In de overlegvergadering over de adviesaanvraag wordt de visie van de OR open gedeeld. De advocaat van de directie is oprecht verbaasd dat de ondernemingsraad eigenlijk verder zou willen gaan dan de directie voorstelt. De ondernemingsraad vraagt naar meer recente cijfers en naar de bereidheid van de directie om samen met de OR een plan te ontwikkelen dat verder gaat en dat het bedrijf gezonder kan maken. De bestuurder is onvermurwbaar en blijft bij zijn plan: zo is het, zo moet het worden doorgevoerd!
Het is de ondernemingsraad duidelijk: hier moet een plan worden uitgevoerd dat door een buitenlands hoofdkantoor is opgelegd en dat alleen maar financieel is gestuurd.
Even overweegt de OR nog om te onderhandelen over een betere regeling voor vertrekkend personeel. Daar wordt van afgezien. Want spreken over een regeling betekent impliciet instemmen met de gevolgen van een reorganisatie die je als ondernemingsraad niet wilt.
De OR adviseert negatief: voer het plan niet uit!
Er is nadrukkelijk ook geen akkoord gegeven op de regeling voor het personeel zodat de medewerkers met het advies in de hand zelf hun recht kunnen halen.
Frits van Heusden, organisatieadviseur SBI Formaat